Stagemeestervergoeding voor 2022: start vanaf 4 maart 2024

2024.025

 

Op 20 februari 2024 is (eindelijk) het KB verschenen dat de aanvraag van de vergoeding voor 2022 (én 2023) mogelijk maakt. 

De publicatie heeft lang op zich laten wachten omdat er gesleuteld is aan de modaliteiten.

Het gaat nu immers om een uitbetaling op kalenderjaarbasis en volgens een ‘geautomatiseerde’ procedure (in ProGezondheid) waarbij het RIZIV gegevens toegespeeld krijgt van de FOD Volksgezondheid en van de regio’s.

Wat 2022 betreft, bedraagt de vergoeding € 598,85 voor een volledige (kalender)maand (en een pro rata daarvan indien u de ASO geen volledige maand begeleid heeft).

Indien u al een rekeningnummer voor deze vergoeding geregistreerd heeft in ProGezondheid, hoeft u in principe niks te doen. Het RIZIV zet het bedrag waarop u recht heeft zelf in ProGezondheid (vanaf 4 maart 2024). Bent u het niet eens met deze beslissing, dan heeft u 60 dagen de tijd om te betwisten (via ProGezondheid).

Indien u nog geen rekeningnummer voor deze vergoeding geregistreerd heeft in ProGezondheid, kan dat nog vanaf 4 maart 2024 t.e.m. 20 mei 2024.

Wat 2023 betreft, bedraagt de vergoeding € 647,60 voor een volledige maand. De procedure hiervoor start pas vanaf 1 juni 2024.

Meer info over de procedure vindt u hier: 

https://www.riziv.fgov.be/nl/professionals/individuele-zorgverleners/artsen/financiele-tegemoetkomingen/vergoeding-voor-de-stagemeesters-van-artsen-specialisten-in-opleiding

Hierna vindt u nog de tekst van het op 20 februari gepubliceerde KB.

 

6 FEBRUARI 2024. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 11 juni 2018 tot vaststelling van het bedrag en de betalingsmodaliteiten van de vergoeding voor de stagemeesters in de geneeskunde van kandidaat-specialisten

FILIP, Koning der Belgen,
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, artikel 55, § 1, ingevoegd bij de wet van 11 augustus 2017 en § 3 gewijzigd bij de wet van 29 november 2022;
Gelet op het koninklijk besluit van 11 juni 2018 tot vaststelling van het bedrag en de betalingsmodaliteiten van de vergoeding voor de stagemeesters in de geneeskunde van kandidaat-specialisten;
Gelet op het advies van de Nationale Commissie artsen-ziekenfondsen, gedaan op 24 mei 2023;
Gelet op het advies van de Commissie voor begrotingscontrole, gegeven op 21 juni 2023;
Gelet op het advies van het Comité van de verzekering voor geneeskundige verzorging, gegeven op 26 juni 2023;
Gelet op de adviezen van de Inspectie van Financiën, gegeven op 4 juli 2023 en 14 december 2023;
Gelet op de akkoordbevinding van de Staatssecretaris voor Begroting van 11 oktober 2023;
Gelet op het advies nr. 65/2023 van Gegevensbeschermingsautoriteit, gegeven op 24 maart 2023;
Gelet op advies 74.782/2 van de Raad van State, gegeven op 27 november 2023, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;
Op de voordracht van Onze Minister van Sociale Zaken,
Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1. In artikel 4 van het koninklijk besluit van 11 juni 2018 tot vaststelling van het bedrag en de betalingsmodaliteiten van de vergoeding voor de stagemeesters in de geneeskunde van kandidaat-specialisten, laatstelijk gewijzigd bij koninklijk besluit van 25 september 2022, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in het eerste lid wordt de zin "De vergoeding wordt vastgesteld per begonnen kalendermaand effectieve stagebegeleiding" vervangen als volgt: "De vergoeding wordt vastgelegd per volledige kalendermaand stagebegeleiding van een kandidaat met een volledige activiteitsgraad, gedurende welke de stagemeester optreedt als exclusieve stagebegeleider. De vergoeding wordt proportioneel herleid in zoverre niet aan deze parameters is voldaan. In het geval waarin een stagemeester een kandidaat niet gedurende een volledige kalendermaand heeft begeleid wordt de reductie toegepast op basis van het totaal aantal dagen."
2° het tweede lid wordt aangevuld met de volgende zin "Voor het referentiejaar 2022 wordt dit bedrag vastgesteld op 598,85 EUR en voor referentiejaar 2023 op 647,60 EUR".
3° het derde lid wordt opgeheven.
Art. 2. In hetzelfde besluit wordt een artikel 4/1 ingevoegd, luidende:
"Art. 4/1 § 1. Teneinde het RIZIV toe te laten om de stagemeesters bedoeld in artikel 2 en de kandidaten in opleiding met een goedgekeurd stageplan te kunnen identificeren met het oog op de berekening en de uitbetaling van de in artikel 4 bedoelde vergoeding:
1) Maakt de FOD Volksgezondheid uiterlijk op 15 mei van het jaar volgend op het jaar waarin deze stages begeleid werden, voor elke stagemeester de hierna volgende gegevens met betrekking tot de erkenning van de stagemeester en van de stagedienst waaraan de stagemeester verbonden is, over aan het RIZIV:
1. identificatie van de stagemeester aan de hand van het rijksregisternummer,
2. de begin- en einddatum van de erkenning als stagemeester voor de periode waarop de vergoeding betrekking heeft,
3. aantal stageplaatsen per erkenningsperiode,
4. toegestane opleidingstijd per kandidaat;
2) Worden de gefedereerde entiteiten door het RIZIV verzocht voor elke kandidaat geviseerd door dit besluit, de volgende gegevens met betrekking tot de stage uiterlijk op 15 mei van het jaar volgend op het jaar waarin deze stages begeleid werden, over te maken aan het RIZIV:
1. identificatie van elke kandidaat aan de hand van het rijksregisternummer,
2. stageperiode en type van stage van elke kandidaat volgens het goedgekeurde stageplan,
3. activiteitsgraad van elke kandidaat per stagemeester per stageperiode,
4. identificatie van de stagemeester aan de hand van het rijkregisternummer;
De overdracht aan het RIZIV van de gegevens aangeleverd door de gefedereerde entiteiten kan uitgevoerd worden door de FOD Volksgezondheid.
§ 2. De gegevens aangehaald in paragraaf 1 zijn, behoudens vastgestelde administratieve fout, onweerlegbaar. Zij worden door het RIZIV, gehanteerd tot berekening van de vergoeding die voor het desbetreffende vergoedingsjaar verschuldigd is."
Art. 3. Artikel 5 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt:
"Art. 5. § 1. De stagemeester dient, op straffe van verval, een aanvraag tot tegemoetkoming in tussen 1 juni en 30 september van het jaar volgend op het jaar waarvoor de tegemoetkoming aangevraagd wordt volgens de modaliteiten gepubliceerd op de website van het RIZIV.
Het RIZIV kan bepalen dat onder stagemeester wordt verstaan de stagemeester of diens gemandateerde derde, voor een deel of het geheel van de procedure.
§ 2. Deze aanvraag bevat minimaal de specificatie van het jaar waarvoor de tegemoetkoming aangevraagd wordt en het rekeningnummer waarop de betaling door het RIZIV kan gebeuren.
§ 3. Indien het RIZIV nadere regels voor het indienen van de aanvraag, bedoeld in paragraaf 1, niet op 1 juni of later ter beschikking heeft gesteld van de stagemeesters, dan wordt de termijn voor het indienen verlengd met 1 kalendermaand per kalendermaand die is aangevangen vanaf 1 juni.
§ 4. Het RIZIV kan beslissen deze aanvraag vervuld te achten voor een deel of het geheel van stagemeesters die, op basis van de bij het RIZIV tegen 15 mei van het jaar volgend op het vergoedingsjaar beschikbare gegevens, bij conforme aanvraag, recht zouden hebben op de betaling van enige bij dit besluit voorziene vergoeding in het respectievelijke vergoedingjaar, voor zover de stagemeester uiterlijk op deze datum tot ontvangst van deze vergoeding een rekeningnummer en titularis hiervan heeft opgegeven via de module die het RIZIV daartoe ter beschikking stelt."
§ 5. In uitzondering op paragrafen 1 en 4 wordt de termijn waarbinnen de gegevens bedoeld in de paragrafen 1 en 4 voor het vergoedingsjaar 2022 moeten worden verstrekt, vastgesteld op 90 dagen na bekendmaking van het koninklijk besluit van xxx tot wijziging van het koninklijk besluit van 11 juni 2018.
Art. 4. In artikel 7/1 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° een paragraaf 3/1 wordt ingevoegd, luidende: " § 3/1 De commissie kan voorbereidende werkzaamheden delegeren aan een geheeld of gedeeltelijk extern samengestelde werkgroep of orgaan".
2° in paragraaf 4 worden de woorden "en kwaliteitsindicatoren" ingevoegd tussen de woorden "een kwaliteitssysteem" en het woord "ontwikkeld".
Art. 5. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2023, met uitzondering van artikel 1, 3° en artikel 2 die uitwerking hebben met ingang van 1 januari 2024.
Art. 6. De minister bevoegd voor Sociale Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 6 februari 2024.
FILIP
Van Koningswege :
De Vice-eersteminister en Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid,
F. VANDENBROUCKE

Reactie toevoegen

Platte tekst

  • Geen HTML toegestaan.
  • Regels en alinea's worden automatisch gesplitst.
  • Web- en e-mailadressen worden automatisch naar links omgezet.
CAPTCHA
9 + 8 =
Los deze eenvoudige rekenoefening op en voer het resultaat in. Bijvoorbeeld: voor 1+3, voer 4 in.
Deze vraag is om te controleren dat u een mens bent, om geautomatiseerde invoer (spam) te voorkomen.
2024.060

Erkenningscriteria vastgelegd voor verpleegkundig specialist

 

Op 25 april 2024 is een KB gepubliceerd dat de erkenningscriteria voor het beroep van verpleegkundig specialist bepaalt.

Deze criteria treden wel pas in werking op 1 januari 2025.

Hierna vindt u de integrale tekst van het KB.

 

14 APRIL 2024. - Koninklijk besluit tot vaststelling van de criteria om de titel van verpleegkundig specialist te dragen

2024.059

Aanpassing lijsten verpleegkundige verstrekkingen en toe te vertrouwen handelingen

 

Op 25 april 2024 is een KB gepubliceerd dat de bevoegdheden van de verpleegkundige voor algemene zorg ‘versterkt’.

Daartoe worden de lijst van de zgn. technische verpleegkundige verstrekkingen en die van de door een arts of tandarts toe te vertrouwen handelingen aangepast.

Hierna vindt u in het KB zelf de betrokken aanpassingen. 

 

2024.058

Lijst van taken voor basisverpleegkundige al aangepast

 

Op 30 oktober 2023 werd er een KB gepubliceerd dat de taken vastlegt die een zgn. basisverpleegkundige mag uitvoeren.

Zie ook https://asgb.be/node/28707. 

Vandaag, 25 april 2024, is er echter al een wijzigend KB gepubliceerd dat deze lijst aanpast.

Hierna vindt u de integrale tekst van dit wijzigend KB.

Pro memorie. De basisverpleegkundige is een nieuw niveau dat sinds vorig jaar in het leven geroepen werd.

We sommen hierbij de verschillende niveaus nog eens op.