Specifieke nomenclatuur voor beroepsziekteverzekering

ASGB-BERICHT 2018.072
Icoon thema staatsblad

In het BS van 7/6/2018 verscheen een KB i.v.m. specifieke nomenclatuur voor verstrekkingen van geneeskundige verzorging inzake beroepsziekteverzekering.

FEDERALE OVERHEIDSDIENST SOCIALE ZEKERHEID

4 MEI 2018. - Koninklijk besluit tot vaststelling van een specifieke nomenclatuur voor verstrekkingen van geneeskundige verzorging inzake beroepsziekte-verzekering

FILIP, Koning der Belgen,

Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wetten betreffende de preventie van beroepsziekten en de vergoeding van de schade die uit die ziekten voortvloeit, gecoördineerd op 3 juni 1970, artikel 41, laatst gewijzigd bij de wet van13 juli 2006;

Gelet op het koninklijk besluit van 28 juni 1983 tot vaststelling van een specifieke nomenclatuur voor verstrekkingen van geneeskundige verzorging inzake beroepsziekteverzekering, laatst gewijzigd bij koninklijk besluit van 22 november 2006;

Gelet op het advies van de Wetenschappelijke Raad van Fedris, gegeven op 23 mei 2017;

Gelet op het advies van het beheerscomité voor beroepsziekten van Fedris, gegeven op 11 oktober 2017;

Gelet op het advies van de inspecteur van Financiën, gegeven op 15 januari 2018;

Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting, d.d. 13 maart 2018;

Gelet op het advies 63.220/1 van de Raad van State, gegeven op 18 april 2018, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2° van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Op voordracht van de Minister van Sociale Zaken,

Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1. De nomenclatuur voor de verstrekkingen van geneeskundige verzorging, bedoeld in artikel 41, eerste lid, van de wetten betreffende de preventie van beroepsziekten en de vergoeding van de schade die uit die ziekten voortvloeit, gecoördineerd op 3 juni 1970, wordt vastgesteld overeenkomstig de bepalingen van de bijlage bij dit besluit.

Art. 2. Het koninklijk besluit van 28 juni 1983 tot vaststelling van een specifieke nomenclatuur voor verstrekkingen van geneeskundige verzorging inzake beroepsziekteverzekering wordt opgeheven.

Art. 3. Dit besluit treedt in werking op 1 juni 2018.

Art. 4. De minister bevoegd voor sociale zaken is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 4 mei 2018.

FILIP

Van Koningswege :

De Minister van Sociale Zaken,

M. DE BLOCK



Bijlage bij het koninklijk besluit van 4 mei 2018 tot vaststelling van een specifieke nomenclatuur voor verstrekkingen van geneeskundige verzorging inzake beroepsziekteverzekering

Artikel 1. § 1. Deze nomenclatuur somt de door Fedris vergoedbare verstrekkingen van geneeskundige verzorging op die niet voorzien zijn in de regeling van de verplichte ziekte- en invaliditeitsverzekering of die niet ten laste worden genomen door die regeling, stelt de voorwaarden vast waaronder deze verstrekkingen kunnen vergoed worden en bepaalt de hoegrootheid van de verzekeringstegemoetkoming.

§ 2. De in § 1 bedoelde verstrekkingen van geneeskundige verzorging zijn slechts vergoedbaar als ze zijn voorgeschreven en afgeleverd door daartoe wettelijk gemachtigde personen en als ze bestemd zijn voor door een beroepsziekte getroffen of bedreigde personen.

Art. 2. § 1. In geval van opneming in een ziekenhuis ter observatie en behandeling van een door een beroepsziekte getroffen of bedreigde persoon komt Fedris tegemoet in de kosten van de farmaceutische verstrekkingen die niet vergoedbaar zijn in het raam van de verplichte ziekte- en invaliditeitsverzekering, ten belope van de prijs vastgesteld overeenkomstig de reglementering der prijzen van de farmaceutische specialiteiten en andere geneesmiddelen. De terugbetaling van deze kosten is beperkt tot maximaal 5.000,00 EUR per jaar.

§ 2. In geval van ambulante behandeling komt Fedris tegemoet in de kosten van de hierna vermelde farmaceutische verstrekkingen ten belope van de prijs vastgesteld overeenkomstig de reglementering der prijzen van de farmaceutische specialiteiten en andere geneesmiddelen.

1° Vaccins, toegediend aan personen die getroffen zijn door een beroepsziekte, om een verergering van de beroepsziekte te voorkomen. De maximale tegemoetkoming voor deze verstrekkingen bedraagt 300,00 EUR per jaar.

2° Pyridoxine tijdens een behandeling met isoniazide.

3° Permethrine bevattende crèmes, ten belope van de werkelijke prijs met een maximum van 20,00 EUR per verstrekking.

Art 3. § 1. Fedris komt tussen in de kosten van de prothesen en de orthopedische toestellen, die alhoewel opgenomen in de nomenclatuur van de geneeskundige verstrekkingen inzake verplichte ziekte- en invaliditeitsverzekering, door deze laatste niet kunnen vergoed worden omwille van beperkende voorwaarden die onverenigbaar zijn met het bestaan van de beroepsziekte.

Het tarief voor terugbetaling is gelijk aan het tarief van honoraria en prijzen zoals het voortvloeit uit de toepassing van de nomenclatuur van de geneeskundige verstrekkingen inzake ziekte- en invaliditeitsverzekering.

§ 2. Fedris komt tegemoet in de kosten van een draagbare individuele stemversterker, geschikt voor professioneel gebruik, bestaande uit een microfoon, een versterker en een luidspreker, ten belope van de werkelijke prijs met een maximum van 300,00 EUR. Het maximaal aantal terugbetaalbare verstrekkingen is één om de vijf jaar. In uitzonderlijke omstandigheden, die door de aanvrager moeten worden aangetoond, kan Fedris een tweede verstrekking toestaan vooraleer de termijn van vijf jaar verstreken is. Voor de kosten van batterijen, onderhoud en herstellingen wordt er maximaal 50,00 EUR per jaar terugbetaald.

Art. 4. Fedris komt tussen in de huurkosten van individueel sanitair materieel voor verzorging ten huize van de getroffene ten belope van de werkelijke prijs, met een maximum van 26,00 EUR per maand.

Voor zover het gebruik ervan noodzakelijk is voor de verzorging ten huize van de getroffene, komt Fedris tegemoet in de kosten voor de aankoop van een matras voor een ziekenhuisbed, tot beloop van de werkelijke prijs, met een maximum van 300,00 EUR per verstrekking, éénmaal om de drie jaar.

Art. 5. Voor zover het gebruik ervan als noodzakelijk erkend is, komt Fedris tegemoet in de kosten van individuele preventieve beschermingsmiddelen die niet voorzien zijn in de regeling van de verplichte ziekte- en invaliditeits- verzekering en die niet ten laste van de werkgever vallen ingevolge de wet van 4 augustus 1996 betreffende het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk.

Indien het om huurkosten gaat, komt Fedris tussen in dezelfde mate als bepaald in artikel 4.

Indien het om een aankoop gaat, komt Fedris tussen in de kosten ten belope van de werkelijke prijs met een maximum van 529,00 EUR per jaar.

De getroffene die een beroep doet op deze tussenkomst richt hiertoe een geschreven aanvraag tot Fedris. Elke aanvraag moet vergezeld gaan van een nauwkeurige prijsopgave en daarenboven gestaafd zijn door een beredeneerd en omstandig medisch verslag waarin het gebruik van deze beschermingsmiddelen gerechtvaardigd wordt.

Art. 6. Het beheerscomité voor de beroepsziekten kan in behartenswaardige gevallen afwijken van de bedragen bedoeld in de artikelen 2, 4 en 5 van deze bijlage.

Art. 7. De bedragen vermeld in de artikelen 2, 3, 4 en 5 stemmen overeen met het indexcijfer van de consumptieprijzen bereikt op 30 juni 2017.

Ze worden jaarlijks op 1 januari aangepast rekening houdend met het indexcijfer van de consumptieprijzen bereikt op 30 juni van het vorige jaar.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 4 mei 2018.

De Minister van Sociale Zaken,

M. DE BLOCK

2024.057

Nieuwe interpretatieregels RIZIV over immunisatieperiode

 

Op 17 april 2024 zijn drie interpretatieregels gepubliceerd over de zgn. immunisatieperiode.

De bedoeling is dat die steeds 5 dagen zou bedragen.

Daarom worden twee interpretatieregels geschrapt vanaf 1 mei 2024: 

  • * één i.v.m. het dermatologisch verband voor uitgebreide letsels
  • * één i.v.m. tandextracties en/of conserverende tandverzorging onder algemene anesthesie

 

Daarnaast wordt er een nieuwe interpretatieregel (nr. 7) toegevoegd voor art. 25 – toezichtshonorarium. 

2024.056

Huisbezoek WZC anders en beter vergoed vanaf 1 juni 2024

 

Op 11 juni 2024 werden drie KB’s gepubliceerd die in aangepaste nomenclatuur voorzien voor bezoeken door een huisarts in een WZC

Zij zijn de vrucht van heel wat werk in de NCAZ en de TGR en treden in voege op 1 juni 2024.

Er wordt een nieuw nomenclatuurnummer in het leven geroepen, specifiek voor een bezoek aan een WZC: 106610. 

Het ereloon ervoor zal € 45,81 bedragen (een verhoging met 25%).

2024.055

Update van art. 11 nomenclatuur (algemene speciale verstrekkingen)

 

Op 11 april 2024 is een KB gepubliceerd i.v.m de nomenclatuur van artikel 11 (algemene speciale verstrekkingen).

Het gaat in hoofdzaak om teksttoilet.

Hierna vindt u de integrale tekst van het nieuwe KB dat in voege treedt op 1 juni 2024. In de pdf als bijlage vindt u de voorbereidende nota van de TGR.